27 november 2012

Wat niet zal lukken

Het lukt al 42 jaar niet, de kans is vrij groot dat ik halfweg zit. Ik maak mij geen illusies: het zal niet meer lukken.

  • Al mijn rekeningen op tijd betalen. (sta ik al op de zwarte lijst?)
  • Elke dag de afwas doen. (lastig)
  • Op tijd opstaan. (extreem lastig)
  • Eerder dan noodzakelijk op het werk verschijnen. (als ik dat durf, schrikt iedereen zich half dood)
  • Intellectueel doen. (eerlijk: ik lees veel liever chicklits dan moeilijke boeken)
  • Mijn huis afwerken. (naar het schijnt is dat niet erg omdat je na 25 toch toch weer begint te verbouwen)
  • Naar het nieuws kijken. (soms ben ik liever wereldvreemd)
  • Chips laten liggen. (ik heb een gelijkaardig lief, dat helpt niet)
  • Het hoge woord voeren op een vergadering. (die mensen zijn meestal toch niet zo aangenaam)
  • Rijk worden. (dat is overroepen. ja toch?)
  • Alles doen wat ik nog wil doen. (want ik word niet rijk)
  • Graag ramen wassen. (en stof afnemen, dat ook niet)
  • Op tijd gaan slapen. (zoals nu dus)

8 november 2012

In omgekeerde volgorde

Deze week zag ik noodgedwongen bijna het licht aan het einde van de tunnel. Niet in de doodgaan-zin, gelukkig maar, het was eerder in de zin dat ik mijn leven aan mij voorbij zag gaan. Toch alvast de laatste 2,5  jaar, want zo lang bleek ik mijn gsm te hebben. Die van het werk, dat is, maar die heeft een toegestaan multifunctioneel gebruik. En néén, ik bedoel dus niet dat ik ermee mag bellen én sms'en, ik bedoel dat hij werk- en privégerelateerd is. Mits een code voor de eigen gesprekken, maar dat ga ik nu niet zitten uitleggen, want het is totaal onbelangrijk.

Wat wel belangrijk is, is dat ik een watje ben. Ik hang vast aan mijn verleden en gooi niet graag dingen weg. Die gsm kon mij, wegggooigewijs, gestolen worden. Het onding had mij al meerdere malen liggen gehad, dus het speet mij niet om er afscheid van te nemen. De inhoud daarentegen, dat was een ware ramp.

Ik had de hele hoop in één keer kunnen wissen, ja, maar bij meer dan 2000 sms'en sloeg het ding tilt. Ik had het kunnen weten, tilt slaan was zijn tweede natuur. Stuk per stuk dan maar, want ze moesten eruit. Alleen al omdat ik niet wou dat iemand achter mijn rug gniffelend mijn berichten zou lezen. Maar man, wat deed dat pijn. Vooreerst aan mijn duim. Ten tweede, en dat was veel erger, aan mijn hart. Ik zag mijn leven passeren in omgekeerde volgorde: slechte tijden, goeie tijden, eerste sms van de jongste, geboorte 2, dolverliefde tijden, nieuwjaar, gelukkige verjaardag, aarzeldende tijden, slechte tijden, geboorte 1, wat-zal-het-worden-tijden, verliefde tijden, nieuwjaar, gelukkige verjaardag, spannende tijden, ellendige tijden, eerste sms van dochter 1, goeie tijden. En toen hield het op.

Ik las ze uiteraard niet allemaal, maar er zaten wel cruciale bij. Sommige las ik vol liefde, andere vol woede, nog andere vol verdriet. En toen was het bijna twee uur 's nachts. En ik kon niet slapen.

Ik zal ze missen.
Mijn sms'en.


6 november 2012

Alleen in het donker

Ik ben een avondmens, dat is een vaststaand feit. Ik leef op als het avond wordt en ben een zombie des ochtends. Ook eventjes na de middag, maar daarna ben ik weer helemaal op en top.

Helaas beslist mijn lijf tegenwoordig dat ik vroeg wakker word. 6 uur is geen uitzondering. Vanmorgen besliste het daarenboven om om 7 uur weer in slaap te vallen (een goddank is op zijn plaats) en pas om 8.30 h weer wakker te worden (dat was iets minder interessant). Omdat ik tot 10 uur mag beginnen werken, behoeft het geen uitleg dat zelfs dat laat wakker worden niet helpt om in actie te schieten. Het gevolg is natuurlijk dat ik tot 18 uur of later moet werken. Een avondmens als ik is dan op zijn best, dus een ramp is dat niet. Maar velen van mijn collega's zijn ochtendmensen, dus dan blijf ik alleen over. Dat is iets minder fijn.

Bijna. Helemaal. Alleen. In. Een. Groot. Gebouw.

Vandaag zelfs heel erg: in de verste verte over de verdieping geen licht meer te zien. En wij kunnen ver kijken, er zijn overal glazen deuren. Creepy dus. Gelukkig gaat het licht vanzelf aan als je ergens passeert. Zo stak ik in mijn eentje de hele verdieping in lichterlaaie.

Er staan mij nog leuke tijden te wachten.


5 november 2012

De namiddagdip

Mijn lief vindt het lachwekkend, maar het is bittere ernst: ik val in slaap tijdens de dag. Tijdens de werkdag, voor alle duidelijkheid. Als ik er aan zou toegeven, dan was ik na 5 minuten weer zo fris als een hoentje, maar wie doet dat nu, daaraan toegeven? U zou zeggen: ambtenaren, maar dat klopt niet, want ik geef er niet aan toe. Dus duurt het minstens een kwartier, dat wegdommelen en weer wakker schrikken. Doen alsof er niks aan de hand is. In een landschapsbureau, jawel. Ge moet dat eens proberen. Niet gemakkelijk, ik zeg het u.

Meestal zijn de dingen die ik moet lezen geweldig interessant. Maar zo tussen 14 en 15 h wordt het ronduit slaapverwekkend. Probeer dan vooral geen stylo in uw handen te hebben, of die gaat tegen de grond. Of nog beter: zo'n stiftje. Dikke fun. Dat zet dan ongewenste kriebels op je blad. Heel tof om achteraf terug te zien, je kunstzinnige uitlatingen. Not.

Ik heb dat al heel mijn meerderjarig leven. In mijn studententijd viel ik in slaap in de les. Daar waar het leesbaar geschrift verzinkt in onleesbaar ge-dmiajkneouig, maar dan platter en eigenlijk onleesbaar.

Ooit was ik zelfstandig. Denkt u dat dat hielp? Vergeet het maar. Slapend tekenen met autocad. Ik kan dat. Jammer dat het altijd weer gewist moest worden achteraf. Schitterende ontwerpen waren het. Ook not.

Vergaderingen in de namiddag zijn de hel. Licht uit, beamer aan. Here we go, maar dan niet op de wijze van The Chemical Brothers. Dat net niet.


4 november 2012

Round Robin (4)

De vierde ronde.

op de foto's slechts fragmenten. Het moet immers een verrassing blijven voor de ontvangers.

meer over het concept vindt u hier

Oude kerken

Eens de 40 voorbij (waar zijn al die jaren gebleven en waarom groeien die kinderen ineens mijn lengte voorbij?), zit er weinig anders op dan de tand des tijds zo goed als mogelijk te doorstaan. Met alle respect voor wie grijs grijs laat, maar mijn grijs haar wordt weggemoffeld. Door de kapper. Die ik veel te weinig bezoek. Mjah. Daar gaat mijn wegmoffeltheorie.

Ooit dacht ik dat ik rimpels niet erg zou vinden. Dat was toen ik er geen had. Ondertussen weet ik wel beter. Ik vind ze maar niks. Bijgevolg ging ik een paar jaar terug op zoek naar een anti-rimpelkreemke. Men durft het al eens anti-aging noemen, maar ik vind dat zo mogelijk nog erger. Laten we een rimpel maar een rimpel noemen, hij wordt er echt niet dieper van. Of dat hoop ik toch.

Mijn zoektocht was er één met hindernissen onder de vorm van rode plekken en andere vieze jeukende uitslag. Maar nu, nu heb ik er eentje gevonden zonder allergische gevolgen. Vraag mij niet hoe het heet, maar het is geel en ruikt naar oude kerken. Dat laatste vind ik maar niks: uw kreemke anti-aging noemen en het laten ruiken naar een oude kerk. Want al ben ik op zich wel fan van kerken, of toch van de gebouwen op zich, ik wil er toch echt niet naar ruiken.

En dan vraag ik mij af: waar maken ze dat in godsnaam van? Van uitgebrande wierook? Van half vergane kerkboekjes? Van opgedroogde bloemstukjes? Wil-ik-het-wel-weten?