30 december 2012

Morgen

Ik ben wat lui geworden de laatste tijd. Maanden. Jaren. Er is zoveel dat ik wil doen, maar ik begin er niet aan. Geen zin. Geen tijd (huhu). Te laat. Te vroeg. Misschien moet ik mij wat voornemen voor het nieuwe jaar. Iets anders dan 'ik neem vanaf 2 januari op het werk elke dag de trap' of  'ik ga meer lopen'. Iets ik-moet-iets-aan-mijn-luiheid-doen. Ooit was er een tijd dat ik overliep van energie en enthousiasme. Ik zie dat nu bij mijn 12-jarige dochter en ik vraag mij af waar ik ooit de tijd en de goesting vond om uuuuuuren aan een stuk te tekenen. Ik heb daar geen zin meer in.

Neem nu vandaag. Ik ben de kinderkamers aan het afwerken. Dat uit zich in schilderen met verf (uiteraard) die twee uur moet drogen tussen de twee lagen. Twee uur om iets anders te doen. En wat doe ik: ik verpruts mijn tijd op het internet, met het eten van dingen die ik niet moet eten (wegens de al gemaakte voornemens) en met denken wat ik nog allemaal zou willen doen, maar nooit aan begin.

Daarnaast begin ik vreselijk moeite te krijgen met deadlines. Mijn werk bulkt van de deadlines en dus wil ik ze thuis niet meer. Ik word er moe van. Lastig. Vervelend. Ik haat kerstkaarten schrijven, want die moeten de deur uit. Ik krijg de zenuwen van die rekening die tegen een bepaalde dag moeten betaald worden, dus ik betaal ze te laat. Nah. Zal ze leren. Ik word lastig van het idee dat iets moet tegen een bepaalde tijd. En ik weet niet waarom.

Ik wou zoveel doen in deze vakantie. Ik heb dingen gedaan, ja, maar niet genoeg. Terwijl ik weet dat ze eens moeten gedaan worden. Maar ik heb geen zin. En 't is nog maar een paar dagen te gaan...

Maar morgen!

Morgen ga ik bergen verzetten.

En als u mij niet gelooft, dan maak ik u iets anders wijs.

11 december 2012

Het randje

Bijna elke morgen fiets ik naar mijn werk. Dat is amper 6 minuten fietsen en ik vervang dit enkel door wandelen als het regent, of autorijden als ik naar een verre vergadering moet. 6 minuten zijn trouwens effectief 6 minuten. Ik ben zuinig met mijn tijd, want ik slaap graag. Ik rijd dan ook niet om, ook al zou dit maar 7 minuten zijn. De kortste weg it is.

De kortste weg gaat dwars door het domein van het psychiatrisch ziekenhuis. Dat is een beetje zielig, vooral als ik laat ben. Dat komt al eens voor. Meer dan eens zelfs. U kent mij al een beetje, dus ik ga hier niet staan liegen. Dat komt bijna altijd voor. There. I said it.

Maar wat ik dus wou zeggen: dat het een beetje zielig is, de duidelijkheid wie patiënt is. Ik word er zowaar elke morgen wat triestig van, van de naar de grond gekeerde mensen te zien. Letterlijk een hangend hoofd en afhangende schouders. Daar rust heel wat leed op. Het wandelen gaat meestal moeizaam, alsof 'vooruit' slechts een idee is. Een idee dat nooit meer tot uitvoering komt. Soms zeggen ze goeiedag, meestal zeggen ze niks.

En elke keer weer denk ik: het kan ons ook overkomen. Ooit dacht ik van niet. Nu weet ik van wel. Het randje kan soms dichter bij je zijn dan je denkt.

7 december 2012

Het leven

We komen allen te gaan, ooit eens. Liefst ver van ons bed af, toch op onze leeftijd. Helaas is dat dichtbij voor één van mijn beste collega's. Ze is amper een jaar ouder dan ondergetekende. Only the good ones die young, zo lijkt het dikwijls wel. Ik vermoed dat we dat zinnetje spontaan vergeten als we de 75 voorbij zijn. Vanaf die leeftijd bestaat er vermoedelijk iets anders spitsvondig wat je pas op je 75e te horen krijgt. Kwestie van je geen slecht persoon te voelen.

Maar ah, ons' H. Nog maar een 3-tal jaar bij ons en uitgegroeid tot een zeer fijne, goedlachse en moedige collega. Ik heb er behoorlijk wat lief en leed mee gedeeld. Groot was de angst in ons hart toen we hoorden dat ze hervallen was. Beetje bij beetje brokkelde die angst af, haar moed en levendige persoonlijkheid deed ons (bijna) overtuigen van het tegendeel. Maar het tegendeel mocht niet zijn en begin deze week werd op haar (blijkbaar) laatste werkdag het begin van het einde ingeluid. Als een ware slag in haar gezicht en dat van haar nog jonge kinderen. En iedereen is verslagen, alleen die smerige ziekte niet. Die geeft haar nog enkele maanden tot een half jaar.

Het leven is soms zo verdomd oneerlijk.

27 november 2012

Wat niet zal lukken

Het lukt al 42 jaar niet, de kans is vrij groot dat ik halfweg zit. Ik maak mij geen illusies: het zal niet meer lukken.

  • Al mijn rekeningen op tijd betalen. (sta ik al op de zwarte lijst?)
  • Elke dag de afwas doen. (lastig)
  • Op tijd opstaan. (extreem lastig)
  • Eerder dan noodzakelijk op het werk verschijnen. (als ik dat durf, schrikt iedereen zich half dood)
  • Intellectueel doen. (eerlijk: ik lees veel liever chicklits dan moeilijke boeken)
  • Mijn huis afwerken. (naar het schijnt is dat niet erg omdat je na 25 toch toch weer begint te verbouwen)
  • Naar het nieuws kijken. (soms ben ik liever wereldvreemd)
  • Chips laten liggen. (ik heb een gelijkaardig lief, dat helpt niet)
  • Het hoge woord voeren op een vergadering. (die mensen zijn meestal toch niet zo aangenaam)
  • Rijk worden. (dat is overroepen. ja toch?)
  • Alles doen wat ik nog wil doen. (want ik word niet rijk)
  • Graag ramen wassen. (en stof afnemen, dat ook niet)
  • Op tijd gaan slapen. (zoals nu dus)

8 november 2012

In omgekeerde volgorde

Deze week zag ik noodgedwongen bijna het licht aan het einde van de tunnel. Niet in de doodgaan-zin, gelukkig maar, het was eerder in de zin dat ik mijn leven aan mij voorbij zag gaan. Toch alvast de laatste 2,5  jaar, want zo lang bleek ik mijn gsm te hebben. Die van het werk, dat is, maar die heeft een toegestaan multifunctioneel gebruik. En néén, ik bedoel dus niet dat ik ermee mag bellen én sms'en, ik bedoel dat hij werk- en privégerelateerd is. Mits een code voor de eigen gesprekken, maar dat ga ik nu niet zitten uitleggen, want het is totaal onbelangrijk.

Wat wel belangrijk is, is dat ik een watje ben. Ik hang vast aan mijn verleden en gooi niet graag dingen weg. Die gsm kon mij, wegggooigewijs, gestolen worden. Het onding had mij al meerdere malen liggen gehad, dus het speet mij niet om er afscheid van te nemen. De inhoud daarentegen, dat was een ware ramp.

Ik had de hele hoop in één keer kunnen wissen, ja, maar bij meer dan 2000 sms'en sloeg het ding tilt. Ik had het kunnen weten, tilt slaan was zijn tweede natuur. Stuk per stuk dan maar, want ze moesten eruit. Alleen al omdat ik niet wou dat iemand achter mijn rug gniffelend mijn berichten zou lezen. Maar man, wat deed dat pijn. Vooreerst aan mijn duim. Ten tweede, en dat was veel erger, aan mijn hart. Ik zag mijn leven passeren in omgekeerde volgorde: slechte tijden, goeie tijden, eerste sms van de jongste, geboorte 2, dolverliefde tijden, nieuwjaar, gelukkige verjaardag, aarzeldende tijden, slechte tijden, geboorte 1, wat-zal-het-worden-tijden, verliefde tijden, nieuwjaar, gelukkige verjaardag, spannende tijden, ellendige tijden, eerste sms van dochter 1, goeie tijden. En toen hield het op.

Ik las ze uiteraard niet allemaal, maar er zaten wel cruciale bij. Sommige las ik vol liefde, andere vol woede, nog andere vol verdriet. En toen was het bijna twee uur 's nachts. En ik kon niet slapen.

Ik zal ze missen.
Mijn sms'en.


6 november 2012

Alleen in het donker

Ik ben een avondmens, dat is een vaststaand feit. Ik leef op als het avond wordt en ben een zombie des ochtends. Ook eventjes na de middag, maar daarna ben ik weer helemaal op en top.

Helaas beslist mijn lijf tegenwoordig dat ik vroeg wakker word. 6 uur is geen uitzondering. Vanmorgen besliste het daarenboven om om 7 uur weer in slaap te vallen (een goddank is op zijn plaats) en pas om 8.30 h weer wakker te worden (dat was iets minder interessant). Omdat ik tot 10 uur mag beginnen werken, behoeft het geen uitleg dat zelfs dat laat wakker worden niet helpt om in actie te schieten. Het gevolg is natuurlijk dat ik tot 18 uur of later moet werken. Een avondmens als ik is dan op zijn best, dus een ramp is dat niet. Maar velen van mijn collega's zijn ochtendmensen, dus dan blijf ik alleen over. Dat is iets minder fijn.

Bijna. Helemaal. Alleen. In. Een. Groot. Gebouw.

Vandaag zelfs heel erg: in de verste verte over de verdieping geen licht meer te zien. En wij kunnen ver kijken, er zijn overal glazen deuren. Creepy dus. Gelukkig gaat het licht vanzelf aan als je ergens passeert. Zo stak ik in mijn eentje de hele verdieping in lichterlaaie.

Er staan mij nog leuke tijden te wachten.


5 november 2012

De namiddagdip

Mijn lief vindt het lachwekkend, maar het is bittere ernst: ik val in slaap tijdens de dag. Tijdens de werkdag, voor alle duidelijkheid. Als ik er aan zou toegeven, dan was ik na 5 minuten weer zo fris als een hoentje, maar wie doet dat nu, daaraan toegeven? U zou zeggen: ambtenaren, maar dat klopt niet, want ik geef er niet aan toe. Dus duurt het minstens een kwartier, dat wegdommelen en weer wakker schrikken. Doen alsof er niks aan de hand is. In een landschapsbureau, jawel. Ge moet dat eens proberen. Niet gemakkelijk, ik zeg het u.

Meestal zijn de dingen die ik moet lezen geweldig interessant. Maar zo tussen 14 en 15 h wordt het ronduit slaapverwekkend. Probeer dan vooral geen stylo in uw handen te hebben, of die gaat tegen de grond. Of nog beter: zo'n stiftje. Dikke fun. Dat zet dan ongewenste kriebels op je blad. Heel tof om achteraf terug te zien, je kunstzinnige uitlatingen. Not.

Ik heb dat al heel mijn meerderjarig leven. In mijn studententijd viel ik in slaap in de les. Daar waar het leesbaar geschrift verzinkt in onleesbaar ge-dmiajkneouig, maar dan platter en eigenlijk onleesbaar.

Ooit was ik zelfstandig. Denkt u dat dat hielp? Vergeet het maar. Slapend tekenen met autocad. Ik kan dat. Jammer dat het altijd weer gewist moest worden achteraf. Schitterende ontwerpen waren het. Ook not.

Vergaderingen in de namiddag zijn de hel. Licht uit, beamer aan. Here we go, maar dan niet op de wijze van The Chemical Brothers. Dat net niet.


4 november 2012

Round Robin (4)

De vierde ronde.

op de foto's slechts fragmenten. Het moet immers een verrassing blijven voor de ontvangers.

meer over het concept vindt u hier

Oude kerken

Eens de 40 voorbij (waar zijn al die jaren gebleven en waarom groeien die kinderen ineens mijn lengte voorbij?), zit er weinig anders op dan de tand des tijds zo goed als mogelijk te doorstaan. Met alle respect voor wie grijs grijs laat, maar mijn grijs haar wordt weggemoffeld. Door de kapper. Die ik veel te weinig bezoek. Mjah. Daar gaat mijn wegmoffeltheorie.

Ooit dacht ik dat ik rimpels niet erg zou vinden. Dat was toen ik er geen had. Ondertussen weet ik wel beter. Ik vind ze maar niks. Bijgevolg ging ik een paar jaar terug op zoek naar een anti-rimpelkreemke. Men durft het al eens anti-aging noemen, maar ik vind dat zo mogelijk nog erger. Laten we een rimpel maar een rimpel noemen, hij wordt er echt niet dieper van. Of dat hoop ik toch.

Mijn zoektocht was er één met hindernissen onder de vorm van rode plekken en andere vieze jeukende uitslag. Maar nu, nu heb ik er eentje gevonden zonder allergische gevolgen. Vraag mij niet hoe het heet, maar het is geel en ruikt naar oude kerken. Dat laatste vind ik maar niks: uw kreemke anti-aging noemen en het laten ruiken naar een oude kerk. Want al ben ik op zich wel fan van kerken, of toch van de gebouwen op zich, ik wil er toch echt niet naar ruiken.

En dan vraag ik mij af: waar maken ze dat in godsnaam van? Van uitgebrande wierook? Van half vergane kerkboekjes? Van opgedroogde bloemstukjes? Wil-ik-het-wel-weten?

26 oktober 2012

Nu zo houden

En toen ineens ging het toch weer beter.

Ik dacht: ik laat dat toch maar even weten. Belangrijke informatie en zo.
Nu zo houden. Dat zou fijn zijn.

25 oktober 2012

Maar het leven is niet eerlijk

Ik wist het daarnet zo goed nog, toen ik wakker lag in mijn bed. Hoe ik het moest schrijven. Hoe niks psychisch erger is dan een groot zwart gat waarin je lijkt te verzinken. De vicieuze cirkel waar je niet uit lijkt te raken. Het wachten op iets dat nooit meer lijkt te komen. De ellende. Dat walgelijk gevoel dat alles rondom je heen af lijkt te brokkelen en het feit dat je, hoe hard je het ook wil tegengaan, er niks aan lijkt te kunnen doen. Al doe je nog zo je best. En niemand die het wat lijkt te kunnen schelen, hoe het met je gaat. Niemand die je kan bereiken.

Ik wil het wel, maar ik lijk het niet te kunnen. Ik ben op.

Ik hou eventjes niet meer van dit leven. Maar ik vrees dat ik er geen ander krijg. Ik wil dat van vroeger terug. Niet dit smerige en ondoorzichtige, maar datgene dat ik twee jaar geleden kreeg. Dat leuke, dat lichte, dat vrolijke en dat gelukkige.

22 oktober 2012

En hoe voelt u zich vandaag?

Gisteren hadden hij en ik het over het sociaal correcte antwoord op 'Hoe gaat het?'. Er is maar één sociaal aanvaardbare antwoordoptie: 'Goed.'. U ziet van hier dat ik daar niet aan mee doe. Als ze het niet willen weten, dan moeten ze maar gewoon 'Goeiemorgen' zeggen.

Wel dan. Deze morgen vroeg mijn ik-zie-hem-op-regelmatige-basis-collega hoe het was. Wetend dat ik laatst een weekje thuis was, vond ik wel dat een correct antwoord mocht. Ik zei dus 'Mwoah'. of toch iets dat zo klonk. De rest van de vergadering, die ik al op even regelmatige basis zie, vond dat vrij grappig. Zoals de ramen van het nieuw gebouw dus, zo bleek ik mij te voelen. Die werden sinds het oprichten en in gebruik nemen van het gebouw in januari nog niet gekuist.

Bij deze weet u het. Ik ben smerig en ondoorzichtig, want dat is het 'Mwoah'-gevoel. Gelukkig hebben ze mij hoe dan ook toch nog graag.

12 oktober 2012

Zij en ik

Wij gaan lopen, zij en ik. Ik deed het al eventjes, maar zij wou mee. Vooral omdat iemand in de turnles honend vroeg 'of ze wel sport deed en ja, dat ze wel kon zien dat ze het niet deed omdat ze haar gedubbeld had bij het lopen'. Zij noemt het kreng 'de tuttebel'. Ik had heel wat lelijkere woorden in mijn hoofd, maar 'tuttebel' is ook ok.

Ik deed het vooral omdat een vriendin het wou doen. Ik wou ook, maar niet alleen, kwam dat even goed uit. Mijn vastberadenheid is immers niet van die aard dat je er een eervolle vermelding mee kan verdienen. Laat staan een nobelprijs voor pakweg aanhoudend gedrag met vrede tot gevolg. Ik maak mij geen illusies. Toch daarover niet.

Ondertussen zijn we dus met 4 en de samenstelling wisselt al eens. De snelheid en afstand is afhankelijk van wie mee gaat. Het is altijd fijn. Maar zij en ik alleen, dat is het fijnste van al.

Round Robin (3)

De derde ronde.

op de foto's slechts fragmenten. Het moet immers een verrassing blijven voor de ontvangers.

Round Robin (2)

De tweede ronde.

op de foto's slechts fragmenten. Het moet immers een verrassing blijven voor de ontvangers.

Round Robin (1)

Het eerste rondje.

op de foto's slechts fragmenten. Het moet immers een verrassing blijven voor de ontvangers.




Het concept

Door de jaren heen komt een mens nogal wat mensen tegen. Zo leerde ik in de vorige jaren een groot aantal bloggers kennen, in levende lijve of niet. Eentje wel heel erg lijfelijk, maar dat las u hiervoor al. Een aantal zag ik nog nooit of nog maar één keer, maar dat betekent niet dat de band daarom minder groot is. Ondertussen ben ik als Vlaamse deel van een overwegend Nederlands groepje blogdames. U mag dat overwegend best wel breed nemen: ik ben de enige niet-Nederlandse. Dat was even wennen in het begin. Zoals u misschien wel weet, zijn Nederlanders veel meer open. Wat ik nog maar amper denk, hebben zij al gezegd. Soms is het uitermate grappig, soms is het even slikken, maar het is altijd een verrijking. Wat zijn ze fijn, mijn Nederlandse blogvriendinnen.

Iemand van het groepje kwam enige tijd terug met een leuk concept aanhollen. Nu zou ze dat niet meer doen, dat hollen, ze is immers net-niet-hoogzwanger. Daarom gaan wij ook over een weekje bij haar op bezoek. Omdat zij niet meer kan hollen.

Maar het concept dus. Dat heet Round Robin. Het is simpel: iedereen schaft zich een boekje aan, vult ongeveer 8 bladzijden (ik hou het meestal bij 6) en stuurt het op de afgesproken datum door naar de volgende. Bij mij wringt het schoentje al eens bij de afgesproken datum, want ik ben tegen dan meestal niet klaar. Al meermaals moest ik mij verontschuldigen bij de blogster na mij, maar ze mort niet (of toch niet luidop). Niettemin is het heel fijn om doen. U moet het ook eens proberen. Maar even niet met mij, we zijn nog maar halfweg.


10 oktober 2012

Tien - tien - tien

Tien oktober 2010. Als dat geen gemakkelijke datum om te onthouden is. Ik wed dat velen die dag wilden trouwen, maar het vermoedelijk niet konden. Het was een zondag.

Die dag vertrok ik 's avonds bloednerveus naar zijn woonplaats alwaar hij voor mij zou koken. Dat hadden we afgesproken in de talrijke gesprekken vooraf. De nachten vol van slaapgebrek en adrenaline. Ik zou hem hoe dan ook zien op een huisconcert, maar dat was nog twee weken en het wachten was wat lang en hij kookt nu eenmaal graag. Ik kwam te laat. De zondagavondfile van de kust naar huis speelde mij parten.

En zo begon het. Wat moeilijk en onhandig in het begin, maar het houdt stand. Hij hielp me net over het randje van een depressie na een vorige breuk. Het goede randje, voor alle duidelijkheid. Voor het eerst kon ik het cliché 'lachen is gezond' als waarheid ervaren. Hij heeft me er helemaal bovenop geholpen. Soms ook weer onderuit, maar zo gaat dat in het leven. Ik doe dat ook al eens. Maar altijd weer bovenop. En daarom hou ik van hem. Maar natuurlijk ook omdat hij lief, leuk, interessant, grappig, luisterend, onderhoudend, sexy, schattig, tof, slim en omarmend is. En zo moet dat zijn.

8 oktober 2012

5 minuten tijd

Misschien, dacht ik, moet ik mij maar gaan focussen op de leuke dingen. De dingen die ik nog wil doen als ik ooit eens 5 minuten tijd heb. Of iets langer liefst, in 5 minuten krijg ik nog niet eens mijn tafel opgeruimd.

Dit weekend keek ik verlangend naar een kalligrafieset. Dat ik dat ooit deed en daar tijd voor had, het lijkt amper nog te geloven. Misschien had ik toen nog geen computer en was het internet nog een onbestaand iets in mijn leven. Dat kan best, zo oud is het nog niet, mijn hedendaags favoriet tijdverdrijf. Maar die set dus. Mijn oude set heeft jammerlijk de geest gegeven en moet vervangen worden. Ik stond er dus mee in mijn handen. Er was de keuze voor goedkoop en iets duurder. Te duur vind ik not done. Ik koos uiteindelijk voor de goedkoopste, al zag de duurdere er wel uit alsof de greep beter zou zijn. Ik ben uiteindelijk blij dat de rij aan de kassa zo groot was dat ik terug naar boven liep om de set terug te leggen. Best nog even wachten. Maar niet te lang, het kriebelt immers.

Verder keek ik naar een cursus gidsen. Dat lijkt me wel fijn. Dus ik keek nog eens. En nog eens. Ik heb mij nog niet ingeschreven, maar ik ga er serieus over nadenken. 1 avond per week, wel drie jaar lang. Maar het lijkt me wel fijn om weer iets met mijn hoofd te doen en dingen te onthouden. Fijn om vrienden eindelijk eens te tonen wat onze stad in huis heeft. Tot nu toe weet ik meestal niks.

Maar eerst, eerst moet ik ruimte maken. In mijn kamer en in mijn hoofd. Zodat het stopt met tollen.

25 september 2012

In het leven

De wereld gedraagt zich een beetje raar. Nadat ik mij laatstleden een bult schrok over een zwangerschap, ging al even laatstleden iemand dood aan de overkant van de straat. Hij was al anderhalf jaar ziek en wou het niet geweten hebben. Ging door tot bijna het laatste moment. Ik wist van niks. De zwangerschap was, op zijn zachtst gezegd, onverwacht. Zo had ik er al eentje dit jaar, dus het hoefde eigenlijk niet zo erg. Maar kom. Zo zie je maar.

Mijn hoofd tolt letterlijk rond. Een slaapgebrek probeert mij te nekken. Allerlei kleine onderhuidse dingen stapelden zich op, maar ik hoop dat het tij keert. Sommige dingen komen weer op zijn plaats terecht, anderen zullen nog even moeten wachten. Zo gaat dat in het leven.

Een aantal bekenden raakten weer alleen na een relatie. Het wordt er niet gemakkelijker op, zo met de jaren. Het klinkt als een belachelijk cliché, maar het is net zo dat het cliché ontstaat omdat het waar is. Het wordt er effectief niet gemakkelijker op met de jaren, dat opnieuw samen zijn. Ook zo gaat dat. In het leven.






3 augustus 2012

Vaatwas

Stel: u hebt geen vaatwas. Moeilijk te geloven, maar het bestaat. In mijn wereld. Hoewel ik niet extreem tuk ben op afwassen, heeft het niet hebben van een vaatwas een geweldig voordeel. Dialogen en Monologen. Beiden met hoofdletter, dat spreekt. Monologen die ik meestal alleen. Inwendig dan, ik heb nog grenzen. Ik doe echter ook al eens aan inwendig gedialoog, maar dat neemt niet weg dat ik al eens graag wat respons heb over mijn bedenkingen. De antwoorden van mijzelf zijn immers nogal voorspelbaar, zelfs als ik mij inbeeld dat iemand anders antwoordt. Bij deze dus. Een blog. En hopelijk ook lezers.

Deze blog had net zo goed 'De tuinwerkdialogen' of 'De kuisdialogen' kunnen heten, maar deze titels haalden het niet. Het eerste bekt niet lekker weg en daarenboven zijn beide activiteiten niet goed voor mijn gemoed. Tenzij u opgefokt een fijne gemoedstoestand vindt, maar dat betwijfel ik, want dan wordt het binnen de kortste keren 'De depressiedialogen'. Hoewel dat titelgewijs wel goed klinkt, denk ik niet dat iemand daarop zit te wachten. Als iemand op dit hier al zit te wachten. Maar daar gaan we ons niet in verdiepen.